Previous Page  8 / 236 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 8 / 236 Next Page
Page Background

RISICOFACTOREN

BESCHRIJVING VAN HET RISICO MOGELIJKE INVLOED

TEMPERENDE FACTOREN EN MAATREGELEN

Huurleegstand (niet-bezetting)

van de gebouwen

1. Verlies aan huurinkomsten.

2. Neerwaarts herziene huurprijzen

en toekenning van huurkortingen/

incentives.

3. Hogere commerciële kosten om nieuwe

huurders aan te trekken, die wegen op

de resultaten.

4. Waardevermindering van de gebouwen.

Op 31.12.2015 zou een waardevariatie van

1 % een invloed van 31,34 miljoen EUR

hebben gehad op het netto resultaat en

van om en bij de 1,57 EUR op de intrinsieke

waarde per aandeel (vergeleken met

respectievelijk 31,99 miljoen EUR en

1,78 EUR op 31.12.2014).

Ze zou eveneens een invloed op de

schuldratio hebben gehad van om en

bij de 0,35 % (vergeleken met 0,44 % op

31.12.2014).

(Pro)actief commercieel en vastgoedbeheer door interne teams die

instaan voor verhuur en Property Management. (1,3)

Lange gemiddelde looptijd van de huurovereenkomsten (10,5 jaar) met

maximaal 15 % die vervalt in eenzelfde jaar. (1, 2,4)

Voorkeur voor langlopende huurovereenkomsten: de kantoorgebouwen

worden, indien mogelijk, verhuurd op middellange of lange termijn;

het zorgvastgoed op zeer lange termijn (initiële looptijd van 27 jaar in

België, 12 jaar in Frankrijk, 15 jaar in Nederland, 25 jaar in Duitsland); de

cafés/restaurants voor een initiële looptijd van minimaal 23 jaar en de

agentschappen voor financiële diensten (verhuurd aan MAAF) voor

een initiële looptijd van 9,7 jaar; de bezettingsgraad van de kantoren

bedraagt 89,7 %; die van het zorgvastgoed en van het vastgoed van

distributienetten bedragen respectievelijk 99,2 % en 98,0 %. (1, 2,4)

Op 31.12.2015 bedroeg de globale bezettingsgraad

1

94,9 % vergeleken met

95,2 % in 2014, wat een daling betekent van 0,3 %.

Op 31.12.2015 bedroeg de kostprijs voor gebouwen die onbezet zijn

3,45 miljoen EUR.

Onderhoudskosten

Daling van de resultaten.

Bijna alle huurovereenkomsten in het zorgvastgoed zijn 'triple netto'; voor

de cafés/restaurants en agentschappen zijn de onderhoudsverplichtingen

beperkt. Voor de kantoren wordt streng periodiek onderhoud toegepast.

Slijtage en verslechtering van de

gebouwen

Bouwkundige, technische of ecologische

veroudering, waardoor de gebouwen

commercieel minder aantrekkelijk worden.

Beleid van systematische vervanging van de uitrusting op lange termijn.

Regelmatige renovatie van de gebouwen zodat ze aantrekkelijk blijven.

Verkoop van gebouwen als de geboden prijs hoger is dan de geschatte

waarde na aftrek van de geanticipeerde renovatiekosten.

Vernieling van de gebouwen

Onderbroken activiteit en bijgevolg verlies

van de huurder en minder huurinkomsten.

Portefeuille verzekerd voor een totale heropbouwwaarde van

1,64 miljard EUR

2

(i.e. vs. reële waarde, grond inbegrepen, van

1,41 miljard EUR voor dezelfde activa). Dekking tegen huurleegstand als

gevolg van rampen. Verzekering van de burgerlijke aansprakelijkheid van

de eigenaar of van de bouwheer.

1

De bezettingsgraad wordt berekend op basis van de contractuele huren en de potentiële huren van de leegstand.

2

Deze verzekeringen dekken 44,9 % van de portefeuille (100 % indien rekening wordt gehouden met de verzekeringen afgesloten door de gebruikers). De verzekeringen die tijdens de

werven worden afgesloten en diegene die contractueel ten laste zijn van de huurders (voor het zorgvastgoed in België, Frankrijk en Nederland, voor het vastgoed van distributienetten

en bepaalde kantoorgebouwen) zijn bij dit bedrag niet inbegrepen. De overeenstemmende verkeringspremie bedraagt 669007 EUR.

4