Background Image
Previous Page  152 / 222 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 152 / 222 Next Page
Page Background

148

JAARREKENINGEN /

Bijlagen bij de geconsolideerde jaarrekeningen

Q. Handels- en andere schulden

Handels- en andere schulden worden aan kostprijs gewaardeerd.

R. Operationele opbrengsten

De operationele opbrengsten omvatten de huurinkomsten en opbreng-

sten resulterend uit de vastgoeddiensten.

De inkomsten van de huurovereenkomsten worden geboekt in de

rubriek “Huurinkomsten”. Sommige huurovereenkomsten voorzien een

gratis gebruiksperiode gevolgd door een periode waarin de huurder

de overeengekomen huur verschuldigd is. In dat geval wordt het totale

bedrag van het te ontvangen contractuele huurgeld tot aan de eerste

opzegmogelijkheid door de huurder in het resultaat geboekt (rubriek

“huurinkomsten”) pro rata temporis over de looptijd van de huurover-

eenkomst die loopt van de datum van ingebruikname tot aan de datum

van die eerste opzegmogelijkheid (i.e. over de vaste looptijd van de

huurovereenkomst). Meer in het bijzonder wordt het contractuele huur-

geld, uitgedrukt als een jaarlijks bedrag, eerst geboekt onder opbreng-

sten en de huurkorting wordt over deze vaste looptijd van de huur-

overeenkomst gespreid en vervolgens geboekt in de kosten. Bijgevolg

wordt eerst een overlopende actiefrekening gedebiteerd bij het begin

van de huurovereenkomst die overeenkomt met de verschuldigde maar

nog niet vervallen huurinkomsten (zonder huurkorting).

Wanneer de vastgoeddeskundigen de waarde van de gebouwen

schatten op basis van de methode van de toekomstige geactuali-

seerde cashflows, integreren ze de totale nog te ontvangen huurgelden

in deze waarden. Bijgevolg is de overlopende rekening waarvan hierbo-

ven sprake een dubbel gebruik met het aandeel van de waarde van de

gebouwen die de al in het resultaat geboekte verschuldigde maar nog

niet vervallen huurgelden vertegenwoordigt. Ter vermijding van deze

dubbele boeking die het balanstotaal en het eigen vermogen onterecht

zou opblazen, wordt het bedrag in de overlopende rekening vervolgens

tegengeboekt door een boeking in de rubriek “Ander portefeuilleresul-

taat”. Na de datum van de eerste opzegmogelijkheid moet er geen last

meer in het resultaat worden geboekt, zoals dit zonder tegenboeking

wel het geval zou zijn geweest.

Uit het voorgaande resulteert dat het operationeel resultaat vóór por-

tefeuilleresultaat (en dus het courant resultaat van het analytisch

formaat) de huurgelden gespreid over de vaste looptijd van de huur-

overkomst weerspiegelt, terwijl het netto resultaat de huurgelden weer-

spiegelt vanaf en naarmate de inning ervan.

De huurvoordelen toegekend aan huurders worden geboekt over de

vaste looptijd van de huurovereenkomst. Het gaat om incentives waar-

bij de eigenaar bepaalde kosten ten laste neemt die de huurder nor-

maal zou moeten dragen, zoals bijvoorbeeld de kosten voor de inrich-

ting van de privatieve ruimten.

S. Operationele kosten

I Kosten van diensten

De kost van betaalde diensten, inclusief deze ten laste genomen voor

rekening van de huurders, worden opgenomen in de rechtstreekse

huurkosten. Hun terugwinning bij de huurders wordt afzonderlijk

voorgesteld.

II Uitgevoerde werken in de gebouwen

Afhankelijk van het type werken worden de uitgevoerde werken die

onder de verantwoordelijkheid van de eigenaar vallen op drie verschil-

lende manieren geboekt:

onderhouds- en herstellingskosten die geen bijkomende

functionaliteit verlenen of die het niveau van comfort in het

gebouw niet verbeteren, worden geboekt als courante kosten van

de boekhoudperiode en als vastgoedkosten;

uitgebreide renovatiewerken: deze worden normaal om de

25 tot 35 jaar uitgevoerd en gaan gepaard met een praktisch

volledige heropbouw van het gebouw waarbij, in de meeste

gevallen, het bestaande geraamte herbruikt wordt en de

recentste bouwtechnieken toegepast worden. Bij de voltooiing

van dergelijke renovatiewerken kan de eigendom als nieuw

worden aanzien. De kosten van deze renovatiewerken worden

gekapitaliseerd;

verbeteringswerken: dit zijn werken die op een occasionele

basis worden uitgevoerd om functionaliteiten aan de eigendom

toe te voegen of het comfort aanzienlijk te verbeteren. Deze

moeten het mogelijk maken om de huur, en op die manier de

verwachte huurwaarde, te verhogen. De kosten van deze werken

worden gekapitaliseerd voor zover de deskundige normaliter

zijn waardering van de eigendom pro tanto verhoogt. Voorbeeld:

installatie van een airconditioningsysteem waar er voorheen nog

geen bestond.

De werven waarvoor kosten worden gekapitaliseerd, worden geïden-

tificeerd in overeenstemming met de hierboven vermelde criteria

gedurende het stadium van voorbereiding van het budget. Kosten die

worden gekapitaliseerd, omvatten materialen, vergoedingen van aan-

nemers, technische studies, interne kosten, architectenvergoedingen

en interesten gedurende de constructieperiode.

III Commissies betaald aan vastgoedmakelaars en andere

transactiekosten

Commissies m.b.t. de verhuring van gebouwen worden geboekt in

de uitgaven van het lopende jaar in de rubriek van de “Commerciele

kosten”. Commissies m.b.t. de aankoop van gebouwen, registratierech-

ten, notariskosten en andere bijkomende kosten worden aanzien als

transactiekosten en worden opgenomen in de verwervingskosten van

het aangekochte gebouw. Deze kosten worden ook aanzien als een

deel van de verwervingskost wanneer de aankoop is gedaan via een

bedrijfscombinatie. Commissies betaald bij de verkoop van gebouwen

worden in mindering gebracht van de verkregen verkoopprijs om de

gerealiseerde winst of verlies te bepalen.

De waarderingskosten van de gebouwen en de technische waarde-

ringskosten worden altijd in courante uitgaven opgenomen.

IV Financieel resultaat

De netto financieringskosten omvatten de te betalen interesten op

leningen berekend volgens de effectieve rentemethode, alsook de

winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten die worden geboekt

in de resultatenrekeningen (zie F). Rente-inkomsten worden prorata

temporis in de resultatenrekeningen geboekt, rekening houdend met

het effectieve rendement van het actief. Dividendinkomsten worden

in de resultatenrekeningen geboekt op de dag dat het dividend wordt

bekendgemaakt.

T. Belasting op het resultaat

De belasting op het resultaat van het boekjaar omvat de courante

belastingslasten en wordt geboekt in de resultatenrekeningen, met uit-

zondering van het deel dat betrekking heeft op de elementen die recht-

streeks in het eigen vermogen geboekt worden. De courante belas-

tingslasten zijn de verwachte belastingschulden op het belastbaar

inkomen van het jaar, gebaseerd op belastingtarieven die gelden op de

balansdatum, en elke aanpassing aan belastingschulden aangaande

de voorgaande jaren.

U. Exit taks en uitgestelde belastingen

De exit taks is de belasting op de meerwaarde als gevolg van de erken-

ning van een Belgische vennootschap als GVV of als gevolg van een

fusie van een niet-GVV met een GVV. Wanneer de vennootschap die

geen GVV is maar wel in aanmerking komt voor dit stelsel, voor het

eerst in de consolidatiekring van de Groep wordt opgenomen, wordt

een voorziening voor exit taks geboekt samen met een herwaardering-

smeerwaarde om het gebouw op marktwaarde te brengen, en dit reke-

ning houdend met een voorziene fusie- of erkenningsdatum.

Elke daaropvolgende aanpassing aan deze exit taks-verplichting wordt

geboekt in de resultatenrekeningen. Wanneer de erkenning bekomen

is of de fusie gerealiseerd, verandert de voorziening in een schuld. Elk

verschil tussen de schuld en de voorziening wordt in de resultatenre-

keningen geboekt. Franse vennootschappen die in aanmerking komen

voor het SIIC-stelsel krijgen mutatis mutandis dezelfde behandeling,