Previous Page  181 / 236 Next Page
Information
Show Menu
Previous Page 181 / 236 Next Page
Page Background

Reële waarde van de vastgoedbeleggingen

Vastgoedbeleggingen worden geboekt aan reële waarde, gebruik

makend van het model van de reële waarde overeenkomstig de norm

IAS 40. Deze reële waarde is gelijk aan de prijs waarvoor een gebouw

verhandeld kan worden tussen goed geïnformeerde en bereidwillige

partijen die in normale mededingingsomstandigheden handelen. Het

werd bepaald door de onafhankelijke deskundigen in twee fases.

In een eerste fase bepalen de deskundigen de investeringswaarde van

elk gebouw (zie methodes hierna).

In een tweede fase trekken de deskundigen van de investeringswaarde

een geschat bedrag voor transactiekosten af die de koper of verkoper

moet betalen om een eigendomsoverdracht te kunnen uitvoeren. De

investeringswaarde min de geschatte transactiekosten (overdrachts-

rechten) is de reële waarde overeenkomstig de norm IAS 40.

In België is de overdracht van eigendom in principe onderworpen aan

de perceptie van overdrachtsrechten. Het bedrag van deze rechten is

afhankelijk van de overdrachtsmethode, de hoedanigheid van de koper

en de geografische ligging van het goed. De eerste twee elementen,

en bijgevolg het bedrag van de te betalen rechten, zijn slechts gekend

eens de eigendomsoverdracht werd voltooid.

De waaier aan mogelijkheden van vastgoedoverdracht en hun overeen-

stemmende rechten zijn voornamelijk de volgende:

verkoopovereenkomsten voor vastgoed: 12,5 % voor goederen in het

Brussels Hoofdstedelijk Gewest en in Wallonië, 10 % voor goederen

gelegen in Vlaanderen;

verkoop van vastgoed onder het makelaarsregime: 4,0 % tot 8,0 %,

volgens de gewesten;

erfpachtovereenkomsten voor vastgoed (tot 50 jaar voor het

opstalrecht en tot 99 jaar voor het erfpachtrecht): 0,2 %;

verkoopovereenkomsten voor vastgoed waarbij de koper een

instantie van publiek recht is (bv. een entiteit van de Europese Unie,

van de Federale Regering, van een regionale regering of van een

buitenlandse regering): vrijstelling van rechten;

inbreng in natura van vastgoed tegen uitgifte van nieuwe aandelen

ten voordele van de inbrenger: vrijstelling van rechten;

verkoopovereenkomst voor aandelen van een

vastgoedvennootschap: afwezigheid van rechten;

fusie, splitsing of andere reorganisatie van vennootschappen:

afwezigheid van rechten enz.

Het effectieve percentage van de overdrachtsrechten varieert van 0 %

tot 12,5 %. Het is onmogelijk te voorspellen welk percentage van toepas-

sing zal zijn bij de overdracht van een gegeven vastgoed vooraleer de

overdracht werkelijk plaatsvond.

In januari 2006 werd aan alle onafhankelijke vastgoeddeskundigen

2

die

betrokken zijn bij de periodieke waardebepaling van het vastgoed van

de Belgische Bevaks gevraagd om een gewogen gemiddeld percen-

tage van de transactiekosten voor vastgoedportefeuilles van Bevaks

op basis van geldige historische gegevens te bepalen.

Voor transacties van gebouwen met een waarde van meer dan

2,5 miljoen EUR en gezien de waaier aan methodes van eigendoms-

overdracht (zie hierboven), hebben de deskundigen, op basis van een

representatief staal van 220 markttransacties die plaatsvonden tussen

2003 en 2005 voor een totaalbedrag van 6,0 miljard EUR, de gewogen

gemiddelde taksen berekend op 2,5 %. Dit percentage wordt jaarlijks

herzien en zo nodig aangepast per schijf van 0,5 %.

Voor de transacties van gebouwen waarvan de totale waarde kleiner

is dan 2,5 miljoen EUR, dient men rekening te houden met overdrachts-

rechten van 10,0 % tot 12,5 % volgens het Gewest waarin de gebouwen

gelegen zijn.

Op 01.01.2004 (datum van de eerste toepassing van de IAS/IFRS

normen) bedroegen de transactiekosten die afgetrokken zijn van de

investeringswaarde van de vastgoedportefeuille 45,5 miljoen EUR. Dit

bedrag werd geboekt onder een aparte rubriek van het eigen vermogen

‘Impact op de reële waarde en geschatte overdrachtsrechten en

-kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen’.

De aftrek van 2,5 % werd toegepast bij latere verwervingen. Op

31.12.2015 bedroeg het verschil tussen de investeringswaarde en de

reële waarde voor het totale patrimonium 127,99 miljoen EUR of 6,10 EUR

per aandeel.

Het is vermeldenswaardig dat de gemiddelde meerwaarde t.o.v. de

investeringswaarde gerealiseerd bij de verkopen van activa sinds de

overgang in 1996 naar het Bevakstelsel, 9,26 % bedroeg. Sinds deze

datum heeft Cofinimmo NV 165 activa verkocht voor een totaal bedrag

van 1542,32 miljoen EUR. Deze meerwaarde zou 11,25 % zijn indien de

kosten en overdrachtsrechten vanaf 1996 waren geboekt.

De overdrachtsrechten toegepast op de gebouwen gelegen in Frankrijk,

Nederland en Duitsland bedragen respectievelijk 6,77 %, 3,87 % en

4,80 %.

1

Bijlage 22 toont de reconciliatie van de totale variatie in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen.

2

Cushman & Wakefield, de Crombrugghe & Partners, Winssinger & Vennoten, Stadim & Troostwijk-Roux.

Projectontwikkelingen

(x 1 000 EUR)

2015

2014

OP 01.01

88966

130533

Investeringen

34932

47858

Verwervingen

6158

4705

Overdrachten van/naar Vastgoed beschikbaar voor verhuur

-49381

-73648

Verkopen/Afstand (reële waarde van de verkochte/afgestane activa)

-19287

-15646

Stijging/Daling van de reële waarde

1

156

-4836

OP 31.12

61 544

88966

Vaste activa voor eigen gebruik

(x 1 000 EUR)

2015

2014

OP 01.01

8875

9 146

Investeringen

51

14

Stijging/Daling van de reële waarde

1

-301

-285

OP 31.12

8625

8875

177